Mount Robson Provincial Park, British Columbia (dag 7)

Aan de westelijke grens van de provincie Alberta ligt Mount Robson Provincial Park. Dit park werd vernoemd naar de hoogste berg van de Canadese Rocky Mountains: Mount Robson. In het park zijn twee kleine watervallen en diverse wandelroutes. Je doorkruist het park via de Yellowhead Highway/Hwy 16, die langs de Fraser-rivier loopt en ook door Jasper National Park voert.

Geschiedenis

Mount Robson werd in 1913 uitgeroepen tot Provincial Park. Het is daarmee het op één na oudste park van British Columbia. Samen met Jasper National Park vormt Mount Robson een van 's werelds grootste beschermde gebieden. In 1990 werd het park opgenomen als deel van de 'Rocky Mountains World Heritage Site' van UNESCO.
Mount Robson Provincial Park in British Columbia grenst aan Jasper National Park. Mount Robson Provincial Park is het op één na oudste park van BC en dankt zijn naam aan de 3.954 meter hoge Mount Robson, de hoogste piek van de Canadese Rocky Mountains. In Mount Robson Provincial Park word je voortdurend omringd door duizenden hectares aan ruige, besneeuwde bergtoppen, steile canyons, gletsjermeren en snelstromende rivieren. Je verkent het park via de Yellowhead Highway, die toegankelijk is voor (huur)auto's en campers. Het park bestaat ook voor een aanzienlijk deel uit wildernis en verlaten valleien die nauwelijks bezoekers zien. Wil je echt veel van het park zien, dan zul je te voet de natuur in moeten. De Fraser-rivier, de langste rivier van British Columbia, vindt zijn oorsprong in dit park.

Bezienswaardigheden & activiteiten

Bezoekerscentrum:

Het bezoekerscentrum van Mount Robson ligt bij Mount Robson Viewpoint. Dit is bij de oostelijke ingang van het park, aan Yellowhead Highway/Hwy 16. Je kunt er terecht voor informatie over bijvoorbeeld wandelroutes. Ook zijn er tentoonstellingen over de natuurlijke en culturele historie van het park. Er zijn daarnaast medewerkers aanwezig die je meer kunnen vertellen over de activiteiten in het park. Wil je een meerdaagse wandeltocht maken, meld dit dan altijd bij het bezoekerscentrum.

Rearguard Falls:

Deze watervallen liggen 12 kilometer ten westen van het bezoekerscentrum van Mount Robson Provincial Park. De watervallen zijn laag en breed en het water van de Fraser-rivier stroomt er snel. Vanaf de parkeerplaats is het ongeveer driehonderd meter lopen naar het watergeweld. Je bekijkt de waterval vanaf het Rearguard Falls Viewpoint, een klein uitzichtpunt. In de herfst heb je hier kans om zwemmende Chinook-zalmen te zien, die terugkeren naar hun geboorterivier.

Overlander Falls:

Ook deze waterval is niet te vergelijken met de Niagara Falls, maar de wandelroute ernaartoe is wel de moeite waard. De Overlander Falls liggen 1,6 kilometer ten oosten van het bezoekerscentrum. Vanaf de parkeerplaats is het ongeveer vijfhonderd meter lopen. De leukste route start op Robson Meadows Campground en voert je langs de Fraser River naar de watervallen.

Wandelroutes:

In Mount Robson Provincial Park zijn diverse wandelroutes uitgezet. Zo kun je de Portal Lake Trail rond het gelijknamige meer volgen, of de Lookout Trail (4 km round-trip). Deze route start aan het oostelijke eind van de parkeerplaats, onderweg heb je prachtige uitzichten over de omgeving. Langere wandelingen zijn Yellowhead Mountain Trail (8,5 km) en Mount Fitzwilliam Trail (7,2 km one-way). Wil je meerdere dagen wandelen in Mount Robson Provincial Park, laat je dan informeren over de Berg Lake Trail (22 km) of de Moose River Route (66 km). Je kunt ook een gedeelte van de Berg Lake Trail lopen naar het prachtige Kinney Lake. Het ruim 4 km lange wandelpad is goed onderhouden en loopt geleidelijk omhoog.

Jasper - Alberta Canada

Jasper is een plaats in de Canadese provincie Alberta in het nationaal park Jasper. De plaats telt 4256 inwoners (2006).
Er liggen verschillende gletsjers, bergen en rivieren in dit park, waaronder die van het Columbia-ijsveld. Om bij de meeste bezienswaardigheden te komen is er de Icefields Parkway (Highway 93) van 230 km (143 miles) van Lake Louise in het Nationaal park Banff naar Jasper.

Geschiedenis

De eerste historische beschrijving werd door cartograaf David Thompson gedaan, die via het Athabascadal in 1810-11 het gebied door trok. Jasper ontstond in 1813, met het 'Jasper Huis' dat als pels- en handelspost diende voor de 'North West Company' en later voor de 'Hudson's Bay Company' als onderdeel van de 'New York Express' handelsroute in het district dat toen nog bekendstond als 'New Caledonia' (nu Brits-Columbia en Fort Vancouver in het Columbia District op de onder-oever van de Columbia Rivier.
Jasper National Park werd in 1907 gerealiseerd. De spooraansluiting aan de locatie van het hedendaagse Jasper werd aangelegd door het bedrijf 'Grand Trunk Pacific Railway' in 1911 en het dorpje werd toen Fitzhugh (1911-13) genoemd, naar een voormalig president van het bedrijf. De Canadeese Northern Railway begon in 1912 ook aan een spoorwegverbinding met Fitzhugh. Het dorp werd in 1913 bestuurd door H.Matheson, en deze veranderde de naam van het nederzettings-dorp in Jasper, naar de voormalige handelspost 'Jasper House'. Een interneringskamp werd opgezet rondom Jasper tussen februari 1916 en augustus 1916.
Rond 1931 werd Jasper verbonden met een autoweg naar Edmonton en in 1940 werd de Icefields Parkway geopend, wat Lake Louise met Jasper verbond.

Klimaat

De seizoenen in Jasper zijn niet helemaal vergelijkbaar met de seizoenen in België. In maart en april smelt de meeste sneeuw, maar hoog in de bergen kun je dan nog prima wintersporten. Eind mei begint de lente en daarmee ook het raftseizoen. De maxima liggen dan rond de 15 graden. De zomerdagen zijn lang, maar het zomerseizoen zelf is kort. In juni stijgt de temperatuur overdag tot bijna 20 graden. Juli en augustus zijn de warmste maanden, met maximumtemperaturen van 21 à 22 graden. Vanwege de lage luchtvochtigheid zijn de zomernachten koel. Het weer in de bergen kan wisselvallig zijn. Zoals de lokale bevolking zegt: 'als het weer je niet bevalt, wacht dan even tien minuten'!
September en oktober zijn de herfstmaanden: een prima tijd voor wandelingen door het gekleurde landschap. Waar het in september nog een aangename 15 graden wordt, dalen de maxima in oktober tot 10 graden. Het winterseizoen is lang en brengt wisselende weerbeelden met zich mee. De ene dag is het koud, stormachtig weer, de volgende dag kan dit omgeslagen zijn in mild winterweer.

Jasper National Park, Alberta - (dag 8)

Het gastvrije, pittoreske stadje Jasper ligt midden in Jasper National Park, het grootste park in de Canadese Rockies. Het park bestaat uit gletsjers, kristalheldere meren, watervallen, diepe kloven en dichte, groene bossen. Je vindt er meer dan duizend kilometer wandelpaden. In de winter heb je uitzicht op besneeuwde bergtoppen en zie je bevroren watervallen. Jasper is dan een echt winterwonderland. Jasper National Park staat echter vooral bekend vanwege het vele wild dat er leeft, waaronder elanden, herten en beren.

Natuur, flora & fauna

Het park staat bekend om het vele wild dat er leeft. Voor onder andere edelherten, bevers, elanden, rendieren, grizzlyberen en zwarte beren is het park een ideale leefomgeving. Het is vrij bijzonder dat er zo veel soorten dieren in het park leven, omdat het park op grote hoogte ligt.

Bezienswaardigheden & activiteiten

Sunwapta Falls

De volgende bezienswaardigheid van Jasper ligt vijftig kilometer ten noordoosten van het Columbia Icefield: de Sunwapta Falls. Deze waterval stort in een kalkstenen kloof 18 meter de diepte in. Sunwapta is een inheems woord voor 'turbulent water'. Aan het eind van de lente, als de dooi het sterkst is, is de waterval op zijn mooist. Vanaf de parkeerplaats is het ongeveer een kwartier lopen naar het uitzichtpunt waar je de Sunwapta Falls kunt zien.

Athabasca Falls:

Na de Sunwapta Falls kun (moet) je een stop maken bij de Athabasca Falls. Deze waterval is twaalf meter hoog en behoort tot de meest ruige watervallen in de Rocky Mountains. De Athabasca-rivier stroomt met veel lawaai door een smalle kloof. Voor een beter zicht op het natuurgeweld zijn er platforms en een brug aangelegd. Zo kun je afdalen in de kloof en de waterval en de rivier vanuit verschillende perspectieven bekijken. Je kunt zo dicht bij de waterval komen. Vanaf Sunwapta Falls is het een kleine twintig minuten rijden naar de Athabasca Falls. De Athabasca Falls ligt nabij de kruising van de Icefields Parkway met Parkweg 93A, deze kruising bereik je ongeveer na een kwartier.

Mount Edith Cavell:

Ben je met een auto in Jasper National Park? Dan kun je Highway 93A volgen. Bij kilometerpaal 13 begint de route naar Mount Edith Cavell, een geliefde tocht vanwege het uitzicht op Angel Glacier. Mount Edith stijgt letterlijk en figuurlijk boven alle andere bergtoppen in Jasper uit met zijn 3.300 meter. Via een 14 kilometer lange slingerweg langs een rivier bereik je de noordkant van Mount Edith Cavell waar je uitkijkt over de bergweiden Cavell Meadows en een spectaculair zicht hebt op de Angel Glacier. De weg is doorgaans open van half juni t/m half september (weersafhankelijk).

Marmot Basin:

Jasper en omgeving bieden perfecte mogelijkheden tot skiën. Marmot Basin is daarvoor een populaire regio. Skiërs kunnen hier uit een breed scala van tochten kiezen: van korte trips tot meerdaagse excursies. Naast schaatsen, sleetje rijden en snowboarden staat heli-snowshoeing op de keuzelijst. Bij heli-snowshoeing maak je een vlucht boven de bergen, waarna je in een berggebied afgezet wordt en de sneeuwschoenen aantrekt voor een prachtige wandeling door de verse sneeuw. Marmot Basin ligt ongeveer 35 minuten rijden (37 km) ten noorden van Athabasca Falls.

Jasper Village:

De leukste bezienswaardigheid van de plaats Jasper is de Jasper SkyTram. De kabelbaan brengt je naar de 2.277 meter hoge Whistlers Mountain (eind mei - half oktober). Bij helder weer kun je prachtig wegkijken over het uitgestrekte Jasper National Park. Je ziet dan zes bergketens, verschillende gletsjermeren en de Athabasca-rivier. Op de berg zijn verschillende wandelpaden, een souvenirwinkel en een restaurant. Echte sportievelingen volgen de Summit Trail naar het hoogste punt van de berg.

Weer beneden kun je kiezen voor de Discovery Trail, een acht kilometer lange tocht rond de stad. Bij slecht weer kun je een kijkje nemen in het Den Wildlife Museum. Hier staan de wilde dieren centraal die in Jasper National Park voorkomen. Als je wildlife in het echt wil zien, kun je meegaan met de Wildlife Discovery Tour.

Maligne Canyon:

Even ten noorden van het plaatsje Jasper kun je de Maligne Lake Road in zuidoostelijke richting volgen. Na een kwartier bereik je Maligne Canyon. De kalkstenen wanden van deze kloof zijn op sommige plaatsen meer dan vijftig meter diep. Een speciaal pad loopt via zes bruggen naar een plek met zicht op de wilde Maligne-rivier. In de winter is het mogelijk met een gids een canyontour te doen en over de bevroren bodem van de kloof te wandelen.

Medicine & Maligne Lakes:

Blijf je de Maligne Lake Road volgen, dan bereik je na twintig minuten Medicine Lake. De Maligne-rivier heeft hier geen doorgang over land en duikt voor een aantal kilometers onder de grond. Maligne Lake ligt een kwartier rijden verder, aan het einde van de weg. Het is het op een na grootste meer ter wereld dat uit smeltwater van een gletsjer bestaat. Je kunt hier een boottocht maken van anderhalf uur langs de bergen met hun gletsjers naar Spirit Island; een klein eilandje midden in het Maligne Lake. Het uitzicht op dit eiland is een van de meest beroemde uitzichten van de Canadese Rocky Mountains. Houd er rekening mee dat je vanaf Maligne Lake ook ruim een uur terug moet rijden. Als je geen boottocht gaat maken en/of weinig tijd hebt in de Rockies, is het verstandig om dit meer over te slaan en bij Maligne Canyon om te keren.

Miette Hot Springs:

Dit zijn de warmste bronnen van de Canadese Rockies. Water van 54 graden komt in Miette Hot Springs omhoog uit het binnenste van de aarde en wordt afgekoeld tot een aangename temperatuur voordat het de baden instroomt. Een ideale plek om tot rust te komen en tegelijkertijd van de omgeving te genieten.

Columbia Icefield (dag 9)

dit is de eerste bezienswaardigheid die je ziet als je Jasper National Park via de zuidingang binnenrijdt. Het Columbia Icefield ligt circa honderd kilometer van Jasper Village. Dit ijsveld heeft een oppervlakte van 325 vierkante kilometer en is daarmee een van de grootste ijsmassa's onder de Noordpoolcirkel. Met een speciaal ontworpen voertuig de  Ice Explorer - is het van half april tot half oktober mogelijk om een tocht over de Athabasca-gletsjer te maken. Elke trip van tachtig minuten vertrekt vanaf het Icefield Discovery Centre en wordt geleid door een ervaren gids. Tijdens de rit kun je uitstappen om zelf de gletsjer te bewandelen.

De Athabasca-gletsjer is een van de zes belangrijkste uitlopers van het  Columbia-ijsveld in de Canadese  Rocky Mountains. De gletsjer is ongeveer 6 km lang en bestrijkt een gebied van 6 km². Het ijs is tussen de 90 en 300 meter dik. De Athabasca-gletsjer vloeit zijn water af ten westen van de berg Snow Dome.

De opwarming van het klimaat heeft er inmiddels voor gezorgd dat de gletsjer zich meer dan 1,5 km heeft teruggetrokken in de afgelopen 125 jaar en meer dan de helft van zijn volume is kwijtgeraakt. Momenteel trekt het zich met twee tot drie meter per jaar terug.

Vanwege de goede bereikbaarheid door de kleine afstand tot de Icefields Parkway (Highway 93), tussen de plaatsen Banff en Jasper, is het een van de meest bezochte gletsjers van Noord-Amerika. Het voorste deel van de gletsjer ligt op loopafstand. Het te voet betreden van de gletsjer zonder juiste uitrusting wordt echter afgeraden, gezien verborgen gletsjerspleten tot de dood van enkele onvoorbereide toeristen heeft geleid

Het Icefield Interpretive Centre staat aan de overkant van de gletsjer en is gesloten in de winter tussen midden oktober en midden april. Het wordt gebruikt voor de verkoop van kaarten voor bezichtiging met speciaal aangepaste bussen die een deel van de gletsjer oprijden

Aan de Icefields Parkway, op 6,5 km van het Icefield Discovery Centre, vind je de Glacier Skywalk. Dit platform met glazen bodem biedt je een indrukwekkend uitzicht.

Peyto Lake:

Dit meer, waarvan de ijsblauwe kleur haast onecht aandoet, hoort zeker thuis in de top drie van mooiste meren in de Canadese Rocky Mountains. Peyto Lake ligt zes minuten rijden (acht kilometer) vanaf Bow Lake. Via een kort, verhard wandelpad klim je naar een houten vlonder waar je een mooi uitzicht over Peyto Lake hebt. Je kunt vanuit hier verder wandelen over een smal, onverhard pad. Op het kruispunt van drie wandelpaden kies je de middelste voor een afdaling van ongeveer 2,5 kilometer. Als je van Jasper National Park naar Banff rijdt, is dit de eerste bezienswaardigheid die je tegenkomt.

Crowfoot Glacier en Bow Lake:

Als je bij Lake Louise de drie mooie meren bewonderd hebt, vervolg je je weg over de Icefields Parkway in noordelijke richting. Een van de volgende bezienswaardigheden die je bereikt voor je Jasper National Park binnenrijdt, is het grote Bow Lake. In dit meer, dat een half uurtje rijden ten noorden van Lake Louise ligt, wordt veel gevist. De nabijgelegen Crowfoot-gletsjer kreeg zijn naam een eeuw geleden, toen het nog drie 'tenen' van ijs had.

Canmore Alberta

Canmore ligt aan de oostelijke voet van de Canadese Rockies, op een steenworp afstand van Banff National Park. De omgeving van Canmore heeft een uitgebreid netwerk van routes die zowel voor wandelaars als fietsers geschikt zijn. In het stadje zelf vind je onder andere een echte chocolaterie en een internationaal geprezen quiltwinkel.

Klimaat

Het weer in Canmore is hetzelfde als het weer in het noordelijke deel van de Verenigde Staten. De vier seizoenen verschillen sterk van elkaar. In de herfst kun je genieten van de prachtige warme kleuren, in de winter vriest het enkele graden en ligt er nagenoeg altijd sneeuw. De lente begint in april, het is overdag dan 9 graden. Een maand later is het kwik tot aangename hoogte gestegen: de maxima in mei liggen rond de 16 graden. In de zomer is Canmore de ideale plaats voor buitenactiviteiten: in juni, juli en augustus ligt de dagtemperatuur tussen de 19 en 22 graden Celsius. In oktober dalen de maxima richting de tien graden en gaat het 's nachts licht vriezen.

Geschiedenis

In 1884 werd Canmore gesticht door Donald A. Smith, een pionier van de Canadian Pacific Railway (CPR). Het plaatsje ontstond op het punt waar de spoorlijn zich vertakte. Kolonisten kwamen naar Canmore vanwege de vondst van mineralen. In 1886 verleende koningin Victoria officieel toestemming voor de mijnbouw. Het jaar daarop werd de eerste mijn geopend en kwamen er steeds meer welvaartzoekers. In 1890 werd een afdeling van de North West Mounted Police geopend. Het korps was gevestigd in langwerpige, primitieve barakken, gemaakt van onder andere hout en stro. In 1989 is het gebouw in originele staat teruggebracht.Aan het eind van de negentiende eeuw was Canmore een volwaardig dorpje met 3.000 inwoners, voornamelijk mijnwerkers en hun families. Er waren winkels, een kerk en een school. De sluiting van de mijnen in Anthracite in 1904 en de sluiting van de mijnen bij Georgetown in 1915 gaf Canmore een boost. Veel gebouwen (en hun inwoners) werden naar Canmore verplaatst over de dichtgevroren Bow River. Een eeuw lang was Canmore een van de belangrijkste centra van kolenmijnen in zuidelijk Alberta. In 1979 waren de mijnen in Canmore de laatste in gebruik zijnde mijnen in Canada. Niet veel later staakte echter ook Canmore Mines Ltd. de activiteiten. Het dorp ging gelukkig niet ten onder: in 1988 werd Canmore gekozen als plaats voor de Nordic Ski Events van de Winterspelen in Calgary. Vanaf dat jaar trok Canmore internationaal de aandacht en werd het een populaire bestemming voor toeristen en wintersporters.

Bezienswaardigheden & activiteiten

Grassi Lakes Trail:

Een van de mooiste wandelingen in de omgeving van Canmore is die naar de Grassi Lakes, twee kleine meren met een haast onwerkelijke groenblauwe kleur. Je kunt kiezen uit een makkelijke en moeilijkere route. De makkelijke route doorkruist een dichtbebost gebied, terwijl de moeilijkere, steilere route langs watervallen en mooie uitzichten over Canmore en de Bow Valley voert. Een veel gemaakte keuze is om de gemakkelijke route heen te nemen en terug te keren via de moeilijkere route. Beide routes zijn in totaal vier kilometer lang. Bij het bovenste Grassi-meer begint een korte klim naar een kloof met rotstekeningen, gemaakt door Hopi-indianen. Let op: de moeilijkere route is gesloten in de winter.

Rat’s Nest Cave:

Een andere aanrader in de omgeving van Canmore is een tour door Rat’s Nest Cave, een vier kilometer lange grot onder Grotto Mountain. Rat's Nest Cave is een natuurlijke grot, zonder kunstmatig licht of speciaal aangelegde wandelpaden. In de grot kom je meer te weten over de geologische geschiedenis en zie je onder meer stalactieten, stalagmieten en fossielen. Aangezien het een pittige tocht is door de grot, dienen bezoekers fit en goed ter been te zijn.

Spray Lakes Reservoir:

De Spray Lakes vormden vroeger een keten van meren in de Spray-rivier. In de rivier is echter een dam gebouwd, waardoor de meren samengevoegd werden in het nieuwe Spray Lakes Reservoir. Het reservoir ligt ten zuiden van Canmore, op een hoogte van 1.720 meter. Bij het meer heb je een goed uitzicht op de Three Sisters, een trio van bergtoppen.

Canmore Museum and Geoscience Center:

In dit kleine museum ontdek je de (geologische) geschiedenis van Canmore, met bijzondere aandacht voor de mijnindustrie. Het museum herbergt duizenden foto’s, documenten, kaarten en andere voorwerpen die onder andere te maken hebben met de First Nations, de North West Mounted Police, de Olympische Spelen van 1988 en de geschiedenis van de Bow Valley.

terug inhoud